De druiven voor deze wijn blijven lange tijd aan de wijnranken hangen en worden pas in de winterperiode geplukt, als ze door nachtvorst bevroren zijn. De temperatuur mag dan niet hoger zijn dan -7 °C. Als de nachtvorst niet vroeg genoeg optreedt, kunnen de druiven beschimmelen en kan er niet geoogst worden om er ijswijn van te maken. De prijs is evenredig aan de risico’s die de wijnbouwer draagt om deze wijn te maken.
De bevroren druiven bevatten veel suiker, smaak- en geurstoffen. Door tijdens de persing het bevroren water te verwijderen ontstaat er een zeer geconcentreerde maar ook zoete wijn. Zeer mooi bij verschillende dessert en kazen.